Beschrijving
We gaan allemaal een keer…
Madeleine ligt uitgestrekt op de bank in haar witte ochtend-jas. Ze wikkelt haar lange blonde haren lachend om een hand. Mark zit op de grond. Hij streelt haar lange slanke benen en kriebelt haar voeten.
‘Je hebt zulke mooie voeten, Madeleine,’ verzucht Mark. Daar viel ik meteen op toen ik je zag. Je droeg die leuke kleine rode sandaaltjes met dat hoge hakje en zag er zo charmant uit. Je lange blonde haar glansde in het lamplicht. Ik moest je hebben.
Madeleine wiegelt giechelend heen en weer. Ze buigt voorover en krioelt door zijn donkere krullen. Ze geniet van de aanbidding in zijn bruine ogen, terwijl ze gekriebeld word onder haar voeten. Ze trekt een pruillip, ‘is er dan niets anders wat je mooi aan me vind?’
Extra donatie aan de schrijver.